Zelf je astma ‘managen’
Gemiddeld worden jongeren met astma zo’n twee tot vier keer per jaar gezien door een arts, verpleegkundig specialist en/of verpleegkundige. Dit wil dus zeggen dat je op die andere 361 dagen in het jaar zelf je ziekte moet ‘managen’.
Je eigen astma goed ‘managen’ vraagt nogal wat van jou en je ouders en is niet altijd even makkelijk. Maar als het je lukt om je astma goed onder controle te krijgen levert je ook veel op: je hebt minder last van klachten en bent minder beperkt tijdens sporten, hobby’s en op school. Om je ziekte goed onder controle te krijgen moet je allereerst goed weten wat astma precies is en welke factoren bij jou je astma uitlokken. De informatie op deze website kan je daarbij helpen. Daarnaast is het belangrijk om goed te snappen waarom je dokter bepaalde behandelingen met jou heeft afgesproken. Het is daarnaast erg belangrijk om je eigen lijf goed te leren kennen zodat je signalen van je lijf dat je astma minder goed onder controle is goed leert begrijpen (we noemen dit ook wel symptoomperceptie). Bij de ene jongere is vermoeidheid het eerste signaal dat het niet goed gaat en bij de ander is hoofdpijn een voorbode van een aankomende astma-aanval.
Zelf meedenken en beslissen
Hoe goed bedoeld de adviezen van de dokters en verpleegkundigen ook zijn, uiteindelijk beslis jij samen met je ouders wat je met deze adviezen thuis gaat doen. Mocht je twijfels of bedenkingen hebben over de behandeling, bespreek dit dan met je dokter en/of verpleegkundige zodat ze met je mee kunnen denken over mogelijke oplossingen.
De laatste stap in het leren zelf je ziekte te managen is het daadwerkelijk nakomen van de gemaakte afspraken. Ook dit is niet altijd even gemakkelijk. Ook al weet je waarom je medicijnen moet nemen en ben je gemotiveerd om deze te nemen, toch is elke dag eraan denken om ze in te nemen lastig. Medicijnen (en vooral de onderhoudsmedicijnen) worden vaak vergeten. En dat is zonde want we weten dat juist het consequent nemen van medicijnen het beste resultaat geeft!
Omgaan met astma
Omdat iedereen anders is, is ook de manier waarop iemand met zijn/haar astma omgaat anders. De één is dagelijks veel met zijn astma bezig en de ander besteedt er vrij weinig tijd en energie aan. De één baalt ontzettend van zijn astma en de ander vindt het geen enkel probleem. Er zijn natuurlijk ook verschillen in de ernst van astma. Sommigen hebben weinig medicijnen nodig maar er zijn ook kinderen en volwassenen met veel klachten ondanks veel medicijnen. Hoe je omgaat met astma heeft met verschillende dingen te maken: voor een deel zit het in je karakter, een deel leer je door hoe je ouders er mee omgaan, maar ook een groot deel leer je door ervaringen die je zelf opdoet. Het doel van alle astmabehandelingen is om je astma zo onder controle te krijgen dat je zo min mogelijk last van hebt en dat het een onderdeel is van je leven in plaats van dat astma je leven bepaalt. Bij de één gaat dat gemakkelijker dan bij de ander. Uit de praktijk is bekend dat het helpt om met anderen te praten/chatten/mailen over hoe zij omgaan met hun astma en lastige situaties.
Met astma naar de psycholoog?
Vroeger dachten de dokters dat astma tussen je oren zat. Gelukkig weet men tegenwoordig wel beter. Astma is een lichamelijke aandoening waarbij voornamelijk ontstekingen en prikkelbaarheid van de longen een belangrijke rol spelen. Toch speelt de psychologie nog steeds een belangrijke rol bij astma. Psychologie gaat namelijk over wat je denkt, voelt en doet. Deze drie dingen (Denken, Voelen en Doen, ook wel het DVD-model genoemd) hebben veel met elkaar te maken. Een kort voorbeeld om dit duidelijk te maken: Als je ergens van schrikt of bang van bent, gaat je hartslag omhoog, ga je sneller ademhalen en ben je in opperste concentratie. Je lichaam maakt zich als het ware klaar om hard weg te kunnen rennen voor gevaar. Hartstikke handig natuurlijk zo’n reactie van je lichaam als je daadwerkelijk in gevaar bent. Maar als er niet direct gevaar dreigt zijn dit soort gevoelens vooral vervelend en kunnen ze ervoor zorgen dat je dingen uit de weg gaat. Ook bij astma kan dit een rol spelen. In de praktijk zien we nogal eens jongeren die liever niet meedoen met de gym omdat ze bang zijn voor een astma-aanval of bijvoorbeeld niet meer uitgaan omdat ze daar eerder een keer benauwd zijn geweest. Uit onderzoek is gebleken dat kinderen en jongeren met astma vaker last hebben van angstige en sombere gevoelens dan kinderen en jongeren zonder astma. Natuurlijk hoeft niet iedereen met astma naar een psycholoog, maar in sommige gevallen kan het wel handig zijn om eens met een psycholoog kennis te maken. Bijvoorbeeld als je het helemaal gehad hebt met die medicijnen en die het liefste het raam uit zou gooien, als je vindt dat je ouders zich te veel bemoeien met jouw astma, als je het lastig vindt om aan anderen duidelijk te maken dat je astma hebt en niet in rokerige ruimtes moet komen, als je ‘down’ bent omdat je denkt dat het alleen maar erger gaat worden, of als je wel graag je medicijnen elke dag wilt nemen maar niet weet hoe. Een psycholoog kan samen met jou op zoek gaan naar oplossingen om het leven met astma gemakkelijker te maken.
In Nederland hebben ongeveer 120.000 kinderen astma. Dit betekent dat er in elke klas gemiddeld wel 2 of 3 kinderen zitten met astma. Het is belangrijk dat je leraren op de hoogte zijn van het feit dat je astma hebt.
Astma op school
Aan het begin van het schooljaar is het verstandig om (eventueel samen met je ouders) met je mentor te bespreken dat je astma hebt. Je kan bespreken welke gevolgen astma voor jou heeft, welke medicijnen je gebruikt en wat de leerkracht kan doen als je acuut benauwd bent. Zelf zou je altijd een voorzetkamer en je aanvalsmedicatie (luchtwegverwijder) bij je moeten hebben. Je kunt er echter ook voor kiezen om er één op school neer te leggen voor noodgevallen. Als je astma echt goed onder controle is, hoef je er op school weinig last van te hebben! Zolang dit het geval is, is het vaak niet nodig om je klasgenoten op de hoogte te brengen. Mocht je besluiten om de klas toch over je astma te vertellen, overleg dan met je mentor over een geschikt moment. Als je klassikaal kan uitleggen wat astma is en wat dat voor jou betekent, tonen klasgenoten naderhand vaak meer begrip als je een keer niet mee kan doen met gym of wanneer je medicijnen moet gebruiken op school.
Aanpassingen
Je brengt veel tijd door op school en daarom is het belangrijk dat je daar zo min mogelijk wordt bloot gesteld aan prikkels waar jouw luchtwegen snel op reageren. Dit betekent ten eerste dat op school goed schoongemaakt moet worden om de kans op huisstofmijt zo veel mogelijk te beperken. Verder dragen een gelijkmatige temperatuur, een goede ventilatie, afwezigheid van vocht- en schimmelplekken ook bij aan een goed klimaat in de klas.
Beroepskeuze
Bij de keuze van een vervolgopleiding of een beroep is het allereerst belangrijk om te kiezen wat bij je interesses en mogelijkheden past. Vervolgens kun je kijken naar de arbeidsomstandigheden. Er zijn beroepen die moeilijk te combineren zijn met astma zoals werken:
- in een stoffige omgeving of met sterk geurende materialen (bakkerij, kapperszaak);
- in een schimmelrijke omgeving (champignonkwekerij)
- met dieren (dierenarts, paardenfokker)
Daarnaast kunnen zaken als temperatuurswisselingen of zware lichamelijke arbeid (bijvoorbeeld in de bouw) het werken bemoeilijken. Omdat iedereen anders met zijn ziekte omgaat, is het in alle gevallen maatwerk. Het is dus belangrijk met je arts of astmaverpleegkundige te bespreken wat de mogelijkheden of onmogelijkheden zijn. Een korte stageperiode kan soms ook inzicht geven of een bepaald beroep wel of niet geschikt is.
Sporten met astma is goed!
Sporten en lichamelijk actief zijn is voor iedereen belangrijk om zich goed te ontwikkelen, maar helemaal voor iemand met astma!
Sporten met astma
Door sporten verbetert je uithoudingsvermogen, spierkracht (dus ook de ademhalingsspieren), snelheid, coördinatie en lenigheid. Het kiezen en vooral ook volhouden van een leuke sport zou dus eigenlijk iedereen met astma in het individuele zorgplan moeten staan. Op momenten dat het astma goed onder controle is, kunnen er zelfs met astma prestaties van wereldformaat geleverd worden. Ken jij topsporters met astma?
Het belangrijkste is dat je een sport leuk vindt, dus denk daar eens goed over na: ben je een echte teamspeler? Hou je van duursporten? Binnen sporten? Of toch liever buiten? Er zijn maar weinig sporten die voor iemand met astma minder geschikt zijn. Voorbeelden hiervan zijn paardrijden terwijl je een allergie voor paardenschimmels hebt, diepzeeduiken of bergbeklimmen op grote hoogte (>3000 m). Bij de één gaat zwemmen heel goed door de vochtige en relatief warme lucht in het zwembad, maar een ander krijgt juist meer klachten vanwege de chloorlucht. Dit kan voor iedereen anders zijn, een kwestie van proberen dus!
Heb je klachten bij het sporten? Vraag dan aan het astmateam wat je er aan kan doen en stuur hen een bericht via Luchtbrug.
Inspanningsastma
Als je last hebt van inspanningsastma, dan wordt vaak geadviseerd om voor het sporten 1 of 2 puffs van een kortwerkende luchtwegverwijder te nemen. Deze moet je ongeveer 20 minuten van te voren inhaleren. Daarnaast is het, zeker bij inspanningsastma, belangrijk om bij het sporten voldoende aandacht en tijd te besteden aan de warming-up, om de luchtwegen langzaam te laten wennen aan de luchtstroom. Inspanningsastma is absoluut geen reden om niet meer te gaan sporten.
Net als op school is het wel belangrijk dat de mensen om je heen op de hoogte zijn van wat astma voor jou betekent en hoe zij moeten handelen als je tijdens het sporten, ondanks de juiste voorbereidingen, toch benauwd wordt.
Wist je dat veel astma medicijnen op de dopinglijst staan? Als je sport op hoog niveau, vraag dan een zogenaamd medisch attest aan bij je astmateam!